Kunst kopen voor het rendement, niet voor het financiële maar het emotionele
Al een tijdje gaat Pieter Paul, directeur van onderzoeksbureau Motivaction, met mij mee op pad in de wonderlijke kunstwereld. Onlangs kocht hij een groot schilderij van Janine van Oene. Ik adviseerde hem daarbij. Het argument om deze investering te doen vanuit financieel rendement speelde niet mee. Hieronder vertel ik waarom niet.

Er waren veel redenen waarom wij samen vonden dat dit een goede koop was. Ten eerste was Pieter Paul al een tijd groot fan van het werk van Janine en vond het dan ook heel leuk haar tijdens één van onze galerietours persoonlijk te ontmoeten. Een groot roze doek was als één van de weinige werken nog niet verkocht bij haar solo tentoonstelling in de galerie van Gerhard Hofland. En juist dat werk was de favoriet van Pieter Paul.
Mijn redenen om hem te adviseren dit werk aan te kopen waren onder andere de volgende.
Janine is na haar kunstacademie periode toegelaten tot De Ateliers (*). Niet alleen is dat maar voor een select aantal kunstenaars toegankelijk maar vooral heeft zij daar een overtuigende ontwikkeling doorgemaakt. Haar schilderijen zijn stuk voor stuk sterke werken geworden. De twijfel lijkt weg, haar eigen signatuur is duidelijk, het werk “staat”.

In 2017 won Janine de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. Het winnen van prijzen (zeker zo’n belangrijke als deze) geeft een kunstenaar zelfvertrouwen en is een objectieve maatstaf voor kwaliteit. Een jury van deskundigen besluit dat jouw werk actueel en urgent is, het werk doet er toe. Daarnaast biedt alleen al de nominatie een groot platform en zichtbaarheid.
Verder is Janine een sociaal persoon met een eigen netwerk. Haar generatie kunstenaars is goed met elkaar verbonden en zij is daarin een centraal figuur. Iedereen kent Janine. Hierdoor is haar bereik en gunfactor in de kunstwereld groot.
Bovendien waren Pieter Paul en ik bij haar eerste solo tentoonstelling in een vooraanstaande galerie. Gerhard Hofland heeft als galeriehouder een lange staat van dienst. Hij presenteert zijn kunstenaars op de relevante kunstbeurzen en heeft grote verzamelaars, musea en bedrijfscollecties in zijn klantenkring.
In zijn stal zitten kunstenaars (o.a. Johan Tahon en Koen Deleare) met een internationaal bereik en hij richt zich primair op schilderkunst. Allemaal onderdelen waaraan Janine, als jong veelbelovend talent, veel aan kan hebben in haar verdere ontwikkeling.

Nog een reden om het schilderij nu te kopen was toch de prijs. Als het werk van een kunstenaar na een eerste solo show bijna allemaal wordt verkocht, kan je ervan uitgaan dat de galerieprijs gaat stijgen. Bij een volgende gelegenheid zal Pieter Paul waarschijnlijk meer moeten betalen voor een schilderij van Janine met hetzelfde formaat.
Ah! Dus toch een financieel rendement als argument!? Het werk wordt dus toch meer waard!
De prijs zal in dit geval waarschijnlijk inderdaad gaan stijgen, maar dan nog is financieel rendement geen argument voor de investering. Waarom niet?
Koop maar liever een Staatslot.
Wie wordt de nieuwe Marlene Dumas? Nu een schilderij van een paar duizend euro kopen dat straks tonnen waard wordt! Wie het weet mag het zeggen. Wellicht maak je met het kopen van een Staatslot net zoveel kans op de grote klapper. Van hedendaagse jonge (betaalbare) kunstenaars zoals Janine van Oene weet je niet hoe hun loopbaan en hun marktwaarde gaat verlopen. Dit hangt van heel veel, moeilijk te voorspellen factoren af. Ik noem er een paar; de tijdgeest, de economische ontwikkelingen, persoonlijke omstandigheden, het juiste netwerk. Ze is nu hot, maar binnenkort is er weer iemand the next big thing. Als je het van te voren zou kunnen voorspellen welke kunstenaars het gaan maken, dan zouden alle kunstadviseurs in dikke auto’s rijden. Dat is niet het geval, ik rijd in een Fiat 500.
Schoenmaker blijf liever bij je leest.
Pieter Paul heeft, net als de meeste verzamelaars en bedrijven die een collectie opbouwen expertise op heel ander vlak dan de kunstmarkt. Die expertise levert meestal een stuk meer rendement op dan handel in hedendaagse kunst. Natuurlijk kan je geld verdienen met kunsthandel, maar dan moet je echt een specialist zijn en dan is hedendaagse kunst van jonge talenten niet je handelswaar.
Maar het kunstwerk is toch meer waard geworden?
Stel dat het schilderij van Pieter Paul straks in de galerie het dubbele zou kosten of het drie dubbele. Dat hebben we begin 2020 dan samen goed gezien. Dat was een goed advies en een goede beslissing. Kunnen we best trots op zijn. Maar als je het rendement wilt verzilveren, zit je toch nog met twee grote problemen.
Ten eerste moet je iemand vinden die jouw specifieke schilderij wil overnemen. Waar vind je die persoon? En als hij of zij zoveel geld gaat uitgeven maakt ie liever zijn eigen keuze in het atelier of de galerie. Er is immers meer aanbod, de kunstenaar maakt steeds weer nieuw werk. Misschien houdt de nieuwe koper helemaal niet van roze. Het netwerk van de galeriehouder kan uitkomst bieden. Maar die wil natuurlijk ook een percentage. De veiling dan? Kan ook, maar ook daar gaat dan een flink deel van je rendement naar toe. Bovendien vallen veilingresultaten van levende kunstenaars in de regel lager uit dan de galerieprijzen.
Het tweede probleem is wellicht nog groter. Je moet afstand doen van je schilderij waar je juist zo trots en verliefd op bent. Het is niet voor niks meer waard geworden, het zal wel een goed schilderij zijn. Je bent er aan gehecht, je wilt er helemaal geen afstand van doen. Alleen als het echt moet. Als de situatie je financieel dwingt. Als je het wel moet verkopen, bijvoorbeeld in het geval van één van de drie D’s, divorce, debt or death. Gelukkig is daar bij Pieter Paul geen sprake van.

Is kunst dan geen goede investering?
Jazeker wel! Het is een fantastische investering. Als je een nieuwe auto koopt heb je daar een paar jaar plezier van. Als je een nieuw kunstwerk koopt heb je daar je hele leven plezier van. Het schilderij van Janine hangt in het trappenhuis van het kantoor van Pieter Paul. Iedere dag ziet hij het meerdere keren en geniet van zijn fantastische investering. Het is bewezen dat mensen gelukkiger zijn omringd door goede kunst. Ook de medewerkers van Pieter Paul zullen nog beter presteren door hun inspirerende werkomgeving.
Kunst kopen levert zeker rendement op, niet door het te verkopen maar door er van te genieten.
(*) De Ateliers, voorheen Ateliers ’63 geheten, is in 1963 opgericht door beeldend kunstenaars in Haarlem. Het is de oudste zogeheten kunstenaarswerkplaats in Nederland. Uit onvrede met het destijds massale en academische kunstonderwijs, dat geen gelijke tred hield met nieuwe ontwikkelingen in de beeldende kunst, beoogden de initiatiefnemers een structuur te creëren die tegemoet komt aan de behoefte van beginnende kunstenaars aan directe contacten met collega’s in een professioneel werkklimaat. Onder voormalige begeleidend kunstenaars als Edgar Fernhout, Jan Dibbets, Stanley Brouwn, Carel Visser en Toon Verhoef heeft De Ateliers zich ontwikkeld tot een hoog gekwalificeerde instelling. De Ateliers stond in de jaren tachtig model voor reorganisaties in het kunstvakonderwijs en bij de zogeheten postacademische instellingen. In de afgelopen decennia heeft De Ateliers haar internationale naam en faam verstevigd door de inzet van begeleidend kunstenaars als Marlene Dumas, Georg Herold en Steve McQueen.